De minister-president van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Rudi Vervoort, de burgemeester van Brussel-Stad Philippe Close, de schepen Benoit Hellings en de directeur van de Maatschappij voor Stedelijke Inrichting Gilles Delforge presenteerden woensdag 27 april het ontwerp van de architectengroep BEL architecten - CRIT. architecten - Studiebureau Weinand voor de toekomstige sportvoorziening met regionale uitstraling die wordt gebouwd tussen de Rederskaai en de Groendreef, aan het kanaal, op een terrein dat ter beschikking is gesteld door de Haven van Brussel. De bouw van dit sportcomplex met een oppervlakte van ongeveer 5.400 m² bruto op een terrein van zo’n 2.600 m² past binnen het stadsvernieuwingscontract 1 Citroën-Vergote (SVC 1). Het zal bestaan uit een omnisportzaal, een turnzaal, een klimzaal, padelterreinen en een cafetaria.
Minister-president Rudi Vervoort wijst erop dat “dit emblematische project van de eerste golf van stadsvernieuwingscontracten (SVC) een antwoord moet bieden op het gebrek aan sportvoorzieningen voor de bewoners van dit deel van Brussel en voor alle Brusselaars in brede zin. Bovendien zal dit sportcentrum meer leven brengen in deze zone tussen het kanaal en de Noordwijk, doordat het een meer divers publiek aantrekt. Het zal een aanvulling vormen op andere projecten aan het kanaal, zoals de aanleg van het Becopark, de heraanleg en uitbreiding van het Maximiliaanpark, de herinrichting van het plein voor het Monument voor de Arbeid en de bouw van voorzieningen, zoals de geplande nieuwe concertzaal van Magasin 4 en het museum Kanal Centre Pompidou.”
Het budget voor dit project met regionale draagwijdte bedraagt circa 17 miljoen euro, gefinancierd door het Brussels Gewest, onder meer binnen het SVC1. De aanvraag van de vergunning is gepland in het laatste kwartaal van 2022.
De gewestregering heeft een gedelegeerd opdrachtgeverschap toevertrouwd aan de Maatschappij voor Stedelijke Inrichting (MSI) om dit project ten uitvoer te brengen. Na de voltooiing zal het worden beheerd door Brussel-Stad.
Burgemeester Philippe Close is verheugd, want “voor ons is dit een essentieel project, aangezien deze wijk sinds enkele jaren sterk aan het veranderen is. We zijn blij dat we samen met het Gewest blijven werken aan de ontwikkeling van de 10-minutenstad aan het kanaal. Het idee is dat de bewoners kunnen genieten van collectieve voorzieningen, zodat ze zich volop kunnen ontplooien in hun wijk. Woningen, een school, een crèche, openbaar vervoer en nu deze sportvoorziening zullen van deze wijk een aangename en rustige wijk om in te wonen maken.”
De architectengroep BEL architecten - CRIT. architecten - Studiebureau Weinand werd gekozen uit de 58 inzendingen die binnenkwamen op de Europese overheidsopdracht die de MSI in januari 2021 uitschreef voor de selectie van het multidisciplinaire team, dat de opdracht krijgt om deze sportvoorziening te ontwerpen en de bouw ervan te begeleiden.
Gilles Delforge, directeur van de MSI, onderstreept dat “dit gebouw symbool zal staan voor meerdere evoluties in Brussel: de houten constructie concretiseert de ambitie van het Gewest en de MSI op het vlak van duurzaamheid; de hoogte van 37 meter en de verdeling van de ruimtes over meerdere verdiepingen in een ‘sporttoren’ vertalen het streven naar compactheid die de beschikbaar ruimte op de grond optimaal gebruikt; de uitstraling van het gebouw belichaamt de dynamiek in de wijken aan het kanaal. Het grote aantal inzendingen van hoge kwaliteit dat de MSI ontving voor deze overheidsopdracht bewijst de interesse die dit ambitieuze regionale project
opwekt, op een terrein dat niet goed bekend is bij de meeste Brusselaars. Dat is een zeer goed voorteken voor de evolutie van het kanaalgebied, waar de MSI betrokken is bij andere projecten voor grootschalige publieke voorzieningen, zoals de ontwikkeling van de site van de Slachthuizen, brandweerkazernes en de geplande concertzaal van Magasin 4.”
Yassine Akki, voorzitter van de Haven van Brussel, geeft aan: “Ik ben verheugd over de concretisering van een emblematisch project aan het water en meer in het bijzonder aan het Vergotedok, dat bekendstaat om zijn bepalende rol om de stad op een duurzame manier te bevoorraden. De bouw van deze nieuwe sportvoorziening aan de rand van het havendomein, die is mogelijk gemaakt door een erfpacht tussen de Haven en het Gewest, draagt bij tot de functiemix die een van de belangrijkste doelstellingen is van het kanaalplan, waarin de Haven een belangrijke speler is.”
Volgens de architecten “wil deze publieke architectuur een ideaal sportcentrum voorstaan. Het is consequent geconcipieerd vanuit een precieze en rationele maatvoering, een houten armatuur en een logische koppeling van sportfuncties. De sporttoren biedt een genereuze daglichttoetreding, is compact, herkenbaar en uitermate publieksgericht. Een inclusieve katalysator voor de regio, de kanaalzone en de omgevende stadswijken.
Door een efficiënte schakeling van het gevraagde programma van eisen en het bewust innemen van een kleine footprint ontstaat er een compact gebogen volume van 37 meter hoogte en een minimale gevelontwikkeling. Richting stadscentrum en het toekomstige Redersplein presenteert het sportcomplex zich via zijn herkenbare kopgevel, die tevens de hoofdingang is. De grote oculus boven de entree toont duidelijk de structuur en dynamische circulatie van het complex. Binnenin verbindt een ruime houten publiekstrap de inkomhal met het publiekscafé, de klimzaal, de turnzaal en de panoramische omnisportzaal. De omnisportzaal vormt een unieke stedelijke ruimte met ruim daglicht, waardoor het gebruik van energetisch duur kunstlicht maximaal vermeden kan worden.
Voor de houten draagstructuur zullen volwaardige boomstammen worden gebruikt, zonder materiaalverlies. Zo zal de omnisportzaal voor 650 zitplaatsen een volledig houten dakgebinte krijgen, een unieke sportruimte in en voor Brussel.
De sporttoren is een kernachtig stadsproject. Het gebouw wil een gezond weerbarstig stadsmoment zijn, dat een sterke architectuur koppelt aan maatschappelijke, technische en ecologische excellentie. Een architectuur die zowel van dichtbij als veraf verrast. Een herkenbare en emblematische architectuur binnen een uitdagend Brussels panorama.”